Vandaag werden wij verrast door een pakketje. Dit keer geen 3,8 kilogram vergunning. Het was een lichter, maar groter pakketje.

Marien heeft het verwachtingvol opengemaakt. In een mooi zeskantig pakket troffen wij een hazelnootboom aan.

Op de labels feliceert de gemeente Almere ons met het verkrijgen van de omgevingsvergunning. We vinden het een leuk gebaar! De hazelaar krijgt een mooi plekje tussen alle andere (100) hazelaars!

Dank je wel gemeente Almere! Voor ons was het een spannend proces, dat was het voor jullie ook! Daarom ook voor jullie felicitaties.

We nodigen jullie van harte uit om te zijner tijd de vruchten te komen plukken! Ook dan zijn er vast harde noten te kraken!

   

Ons plan is eigenlijk om pas in de loop van komend jaar in de verkoop te gaan.....

Maar de bank vindt het (op het laatste moment!) nodig om toch zeker te weten dat ons huis genoeg waard is voor de hypotheek....

Dus hals over kop hebben we toch een makelaar ingeschakeld, om die waarde te bepalen. We bellen. Kunnen jullie zorgen dat we 5 januari een waardebepaling hebben? Nou, daar gaan we naar kijken.....

Tien minuten later worden we gebeld: morgenochtend om 11 uur staat de makelaar op jullie stoep....

Holy...... We zetten alles op alles om het huis opgeruimd, aan kant en zo voordelig mogelijk te kunnen laten zien..... Alsof zo'n man daar niet doorheen kan kijken. Maar we nemen het zekere voor het onzekere.

De volgende ochtend worden we gebeld: de makelaar komt een kwartiertje later. Gelukkig waren we toen al klaar.

We zijn benieuwd naar de uitkomst!

Overigens is het best lekker om met zo'n opgeruimd huis de kerst in te gaan.

 

Naschrift: de waarde is conform onze verwachting vastgesteld. Daar zijn we blij mee. Maar dat moeten we natuurlijk nog wel realiseren.

Er was een pakketje bezorgd bij de buren. Het paste niet door de brievenbus. Niet één maar twee dikke enveloppen van de gemeente Almere: De vergunning is binnen! De inzagetermijn is afgelopen zonder dat er zienswijzen tegen ons plan zijn ingediend. Jippie! Wat ons betreft had dat in een kort briefje gekund, maar nee, alle documenten die bij de vergunning horen worden uitgeprint en meegestuurd. Inclusief de Intergemeentelijke Structuurvisie Oosterwold. Kortom, er is een hele boom geveld om al dit papier uit te draaien. Gewogen: 3800 gram schoon aan de haak. Het was een zware bevalling. Nu moet de boorteling nog zes weken in de couveuse. Dat is de periode dat er formeel nog bezwaar kan worden aangetekend. Aangezien er geen zienswijzes zijn ingediend, verwachten we die bezwaren niet. Het ligt ook meer voor de hand dat mensen met bezwaren tegen Oosterwold die kenbaar maken als bezwaar tegen het algemene bestemmingsplan, en niet tegen ons initiatief. Als alles nu goed verloopt kan de acte van levering passeren op 29 januari.

Gisteren ben ik op bezoek geweest bij mijn zwager Kees en zus Wilma. Behalve het knutselen aan computerperikelen, hadden we ook nog tijd om langs te gaan bij een kennis, die naast een tuincentrum ook een hobby tuin heeft met veel soorten wilgen en andere inheemse bomen. Waarschijnlijk kan ik daar de komende maand wel een dagje helpen wilgen knotten, en dan gesnoeide takken meenemen voor ons landje.
We kwamen onderweg takken tegen van boswilg die door de gemeente waren gesnoeid. Die boswilg krijgt in het voorjaar mooie zilverwitte katjes met geel stuifmeel. Dat leverde al een auto vol met takken op, die voorlopig in de paddenpoel bij Wilma en Kees worden gestald. Dat is een goed begin voor een eigen wilgenkwekerij.

Hier schrijven we vooral over de nieuwe plannen van Oosterwold. Deze week moesten we in de straat bij ons huidige huis meemaken waarom wij graag in eigen beheer een landschap ontwikkelen. Er staat - er stond een prachtige grote els langs het fietspad dat grens aan ons huis. Elzen worden vaak als houtsingel geplant langs het water, en worden dan regelmatig gesnoeid, en worden niet groter dan een meter of acht. Deze had de gelegenheid gehad om uit te groeien tot een forse hoogte en een dikke stam gekregen van ruim zestig centimeter.
Wij vonden dat die els ideaal stond. Ten noord-oosten van het huis van onze overburen, dus voor hen nam de els zon weg. Voor onze oosterburen, was de afstand voldoende, met eerst 10 meter gras en fietspad, dan schuurtjes, en dan nog 15 meter tuin. Kortom een sieraad voor de wijk.
Maar blijkbaar heeft er toch ooit iemand geklaagd. En dan komt zo’n boom op de rooilijst. Er is niemand van de gemeente die zich afvraagt of die boom een positieve waarde heeft voor de wijk. Er wordt geklaagd, dus moet de boom weg.
De boomhakkers kwamen vragen of ik mijn auto kon weghalen. Anders had ik het niet eens geweten. Ik bellen naar de gemeente. De wijkopzichter was onderweg, en die zou wel langskomen. Hij kwam langs. Ja hij had deze wijk nog maar kort onder zijn hoede. Tsja, er zal vast wel geklaagd zijn over schaduw (of vallende blaadjes). Als ik wilde dat bomen blijven staan, dan kon ik het beste twee keer per jaar de bomenrooilijst bekijken. Geen idee waar ik zoiets zou kunnen vinden. Maar het is toch te zot voor woorden, dat je als bewoner van een straat op een gemeentelijke bomenrooilijst moet kijken om bezwaar te kunnen aantekenen en te voorkomen dat een boom voor je deur wordt omgehakt?
Als de bomenzagers eenmaal in de boom zitten is er geen houwen meer aan. Binnen een uur gaan alle kleinere takken (tot 5 meter) met oorverdovend lawaai door de hakselaar.
Het meeste pijn doet het nog dat er niemand bij zo’n beslissing er een moment bij stil heeft gestaan dat een boom waarde heeft, die je kunt beschermen. Wat een armoe.
Voor ons huis ligt een stukje gemeentegroen. Althans. Het was eerst groen, met wat heesters en een hekje. Het hekje is weggehaald, en ondanks het voorstel voor spiraea heesters is er toch gras ingezaaid. Blijkbaar goedkoper. Helaas heeft dit een ongewenste bijwerking. Dit stukje gras is nu een stukje doorrijd groen geworden. Zeg maar het verlengde van de openbare weg. In enkele maanden tijd zijn daar een stuk of vijf keer auto’s en vrachtautos doorheen gereden. Om spullen af te leveren. En nu kwam dus een reusachtige happer voor de takken van de els er even doorheen rijden. Het lijkt zo iedere week wel een cross terrein. Als tenslotte de restanten van het houthakselen er zijn achtergelaten, is het een woestenij. Ik geloof dat ik mijn gedachten en hoop ga vestigen op Oosterwold.

Sinterklaas kwam dit jaar wellicht voor het laatst in ons oude huis langs.

Marien kreeg van de sint een bak met bolletjes:

De Sint had zich vermoeid om voor mij geen gedichten, maar liederen te schrijven. We hebben ze met ons viertjes (Marien aan de piano) gezamenlijk uit volle borst gezongen. Enkele daarvan wil ik jullie niet onthouden:

(op de melodie van Zie ginds komt de stoomboot)

Zie ginds komt de woning met panelen en glas

Geheel zelfvoorzienend, gebruikt ook geen gas

Hoe rolt het hangbuikzwijntje door modder en gras

Zo leggen de kippen op stro en op vlas

 

Je knecht staat te lachen en roept elk reeds toe

Daar zit de steenuil en daar de oehoe

Oh lieve facebookvriendjes kom er toch bij

Er is hier veel ruimte, voor jou en voor mij

 

 

(op de melodie van Daar wordt aan de deur geklopt)

Daar wordt op facebook bevriend

welkom aan elke vriend

Daar wordt op facebook bevriend

Wat komt daar uit

Toewijding is alom

Maar wie zegt nou ik kom

Want met 100 vrienden nu

Nog steeds geen buur

 

(op de melodie van: De zak van sinterklaas)

De buur van t paradijs

Paradijs, paradijs

De buur van t paradijs

Ja die heeft eisen op een lijst

Daar stopt hij daar stopt hij

Daar stopt hij vol eigenzin

Nou wilt hij, nou wilt hij

doorgang voor de drive-in

De buur van t paradijs

Paradijs paradijs

De buur van t paradijs

Ja hij heet Gijs en hij is grijs

Hoe moeten jullie nou bepalen

Wat het wordt ja wat het wordt

Hoe moeten jullie nou bepalen

Oermeer of vissersfjord

Speel dan maar gauw het spel

Voedselbos permacultuur

Speel dan maar gauw het spel

Speel het dan lief en vanavond wel

Elke beurt krijg je de kans

Krijg je de kans, krijg je de kans

Elke beurt krijg je een kans

En krijg als je wint een mooie krans.

Maar het spel is niet compleet

Niet compleet, niet compleet

Totdat jij weet

welke eis aan de buren kleeft

 

Vandaag ontvingen wij een dik pak papier van de gemeente. Hierin staat onder andere de naam die wij op de straatnaambordjes moeten zetten:

Gelijktijdig met de naam Robert Fruinweg, heeft de straatnaamcommissie de naam Magisterhorst vastgesteld. We nemen aan dat onze wijk zo gaat heten.

Wie was Robert Fruin?

Robert Fruin ( Rotterdam 14 Nov. 1823 - Leiden 29 Jan. 1899) wordt beschreven als de eerste wetenschappelijke geschiedschrijver is Nederland.

In het Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 7 (P.J. Blok en P.C. Molhuysen) omschrijven Blok en Molhuysen zijn belangrijkste werk: "Tien jaren uit den tachtigjarigen oorlog" als volgt

(1857-58; nieuwe uitgave, Amsterdam 1861; 3e dr. 's Gravenhage 1882; 4e dr. 's Gravenhage 1889; 5e dr. 's Gravenhage 1897; 6e dr. 's Gravenhage 1904).

Dit boek gaf iets geheel nieuws, de beschrijving van de ontwikkeling van land en volk in een gewichtige periode van overgang, bezien van verschillende zijden. Uit de bronnen zelf puttende, gaf Fruin een uitbeelding van een zeer belangrijke, vroeger weinig behandelde periode: niet alleen de politieke geschiedenis werd hier ontvouwd, maar ook de economische historie en ook de geschiedenis van het geestelijk leven van ons volk; dat alles wordt samengevoegd tot een eenheid, die waarlijk het beeld geeft van land en volk op het einde der zestiende eeuw.

Robert Fruin is geboren in Rotterdam, maar is vanaf 1860 hoogleraar in Leiden.

Links een foto van Jan Goedeljee uit 1879 van Robert Fruin.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Maar natuurlijk gaan wij ook bordjes bestellen met :

Afgelopen weekend waren we bij mijn schoonouders in de Achterhoek. Mijn schoonvader Arie had een verrassing voor mij: twee oude boekjes uit zijn studietijd met fruitrassen die hij allemaal moest leren, als handelaar in fruit.En een boekje met aardappelrassen. Tegenwoordig eten we alleen aardappels uit de supermarkt waarbij er niet veel meer op staat dan vast of kruimig. Maar vroeger adverteerde de groenteboer met speciale aardappelen, met bijzondere smaak of een vroege nieuwe oogst.In beide boekjes staat voorin: 'niet in de handel' omdat ze alleen voor studiedoeleinden werden verspreid door de Stichting Vakonderwijs voor de Detailhandel in Aardappelen, Groenten en Fruit, 's-Gravenhage.

De eerste druk van de kleine Nederlandse Aardappelatlas is uit 1950; deze tweede druk is ongedateerd maar zal ongeveer 1960 zijn gedrukt, met prachtige getekende en ingekleurde platen met zeer preciese detaillering.Zelfs de vorm en kleur van de uitlopers is gedocumenteerd.Ook staan er nog aantekeningen van Arie bijgeschreven.
Ook in het boekje VruchtenParade; Nederlandse Appel- en Perenrassen alsmede de meest voorkomende 'zachte' vruchtsoorten zijn regelmatig aantekeningen te vinden. Evenals een los blaadje met getypt: Proefwerk No.1 Vakcursus te Den Bosch 1970-1971. Arie heeft al rond 1960 examen gedaan. Zou dat misschien toch een proefwerk van Ria zijn geweest.Het is tegenwoordig niet meer voor te stellen dat een docent een proefwerk met de hand ging typen. Zelfs niet met de stencil-machine vermenigvuldigd. De doorslag op het papiertje, inclusief typfouten laat geen twijfel bestaan.
Inhoudelijk interessant is natuurlijk dat in beide boekjes fruit- en aardappelrassen beschreven staan, die je tegenwoordig niet vanzelfsprekend meer tegenkomt.En wij verheugen ons erop om in ons landschap in Oosterwold veel verschillende fruitrassen te kweken. Tenslotte krijgen de boekjes zo een tweede leven. Het blijft in de familie.
We hebben het boekje nog op de proef gesteld: We hadden appels meegenomen van onze eigen boom. Tsja, ze lijken met hun eigenaardige vorm wel wat op de Present van Engeland, maar ze zijn steviger en ook roder van kleur. Arie proeft, en houdt het op een Bellefleur. Die stond niet in het boekje. Even opzoeken op internet. Inderdaad lijkt de Drentse Bellefleur wel een beetje op de vorm . Of toch een Groninger Kroon? Of toch een Princess Noble? Het blijft een beetje gissen.

 


Wat we wel konden determineren dat waren de tamme kastanjes die die vroegere buurman had geplant langs de oprijlaan, en die nu overvloedig hun bolsters afwerpen. De oogst: ruim 4,5 kilogram kastanjes. Driekwart in een emmer met zand en tuingrond, om later uit te zaaien in Oosterwold. De rest eten we op, met spruitjes of zuurkool.

In oktober vorig jaar ben ik deze webpagina gestart.

Vandaag heb ik groot onderhoud gedaan. De blog werd te traag. Daarom zijn de eerste vijf blogs vanaf nu automatisch te zien en moet je voor de andere blogs doorklikken. Wat hebben we in een jaar veel beleefd zeg..... 

Verder heb ik alle artikelen van tags voorzien zodat relevante artikelen makkelijker gevonden kunnen worden binnen de blog.

En de site heeft inmiddels 3568 individuele bezoekers gehad! Immens.

Inmiddels hebben we 80 (!) blogs geschreven. Dat is elke 4,5 dag een verhaaltje. Dit is vast ons meest beschreven jaar geweest (volgend jaar hebben we daar in verband met de bouw vast geen tijd voor...)

Maar wat hebben we ook veel vrienden gemaakt.

Op facebook hebben we inmiddels 127 vrienden: Facebook Paradijsvogelbosje

En 5 toekomstige buren: verslag burendag

't Zou zomaar nog eens kunnen lukken in Oosterwold!

Vandaag was best een spannende dag. Althans dat vond ik zelf. Wordt ons wijkje echt een wijk?

In de buurt van het Paradijsvogelbosje hebben zich inmiddels vijf buren gemeld. We ontmoeten elkaar bij Marjon en Bertel die ons in Almere Haven hebben uitgenodigd. We bespraken met elkaar onze dromen, wensen, maar ook mogelijke obstakels en vooral de onduidelijkheden. We tasten af wat we met elkaar wel en niet willen regelen. Vragen als: hoe leg je een weg aan, hoe gaan we om met het aansluiten van water, wanneer vraag je je aansluitingen aan, hoe ver zijn jullie met je overeenkomsten, is jullie vergunning er eindelijk door.... ? komen uitgebreid aan bod. Maar ook: wat voor buurt willen we samen zijn?

Deze vijf toekomstige buren hebben ook hun wensen voor een kavel bij de gebiedsregisseur neergelegd. Op basis van deze wensen is een kaartje gemaakt om te kijken of de wensen daarmee goed uitkomen en passen.

Daarmee wordt de stand van de wijk ongeveer zoals op onderstaande kaartje staat. Ineens gaat het heel hard en lijken we buren te krijgen voor ongeveer een derde van onze wijk!

Bovenstaande tekening is mijn vrije interpretatie van wat ongeveer de plannen zijn. Over de precieze vorm van de twee kavels linksonder wordt nog gesproken. (de grootte klopt wel ongeveer) De vorm van de weg lijkt daarmee ook een voorlopige vorm te krijgen. Hoe de weg doorloopt is deels afhankelijk van de volgende initiatiefnemers die aansluiten. Willen zij een kavel van ongeveer 80 meter diep of liever iets van 40 meter (en dan met z'n tweeën tegenover elkaar). Beide mogelijkheden zijn aanwezig. Dus: wie volgt?

Na een gezellige middag gaan we voldaan uit elkaar, we gaan die wijk met elkaar maken! Dank voor de ontvangst Marjon en Bertel.

Vandaag werd er in Almere een conferentie gehouden over de gebiedsontwikkeling in Oosterwold. In de Stadsschouwburg van Almere.
Ik mocht er samen met Jikke Balkema van het waterschap Zuiderzeeland een zogenaamd ‘WaterLab’ begeleiden. Zeg maar een kringgesprek rondom het thema water en waterbeheer.
Deze conferentie was georganiseerd door o.a. de Gemeentes Almere en Zeewolde, en de Rijksoverheid. De Stichting Buitenstad was bij het initiatief tot deze conferentie wel betrokken, maar heeft zich verder wat afzijdig gehouden van de organisatie, wat misschien te merken was aan de conferentie, in ieder geval aan het ontbreken van die achterban.
De Conferentie was bedoeld voor ‘professionals’ wat ik met quotes schrijf, omdat dat hele begrip professional een beetje haaks staat op het gedachtengoed dat nu juist in Oosterwold wordt gestimuleerd: Vraaggestuurde gebiedsontwikkeling, waarbij de initiatiefnemer zoveel mogelijk alles doet. Is de initiatiefnemer dan de professional? Zou ik van mezelf niet willen zeggen. In ieder geval waren er mensen van gemeenten, waterschappen, rijksoverheid, Vitens (waternetwerk), en een paar architecten en projectontwikkelaars. En natuurlijk spelen zij een cruciale rol in het faciliteren van deze nieuwe manier van werken.
Na de aftrap door de wethouder van Zeewolde heeft de Gebiedsregisseur Esther Geuting de werkwijze met regels van Oosterwold toegelicht en het heugelijke feit verkondigd dat er nu al 185 initiatieven lopen. Veel meer dan was verwacht een jaar geleden.
Daarna mochten een vijftal initiatieven zich presenteren. Met name de presentatie van Frank Meijers maakte indruk omdat hij naast veel positieve zaken en enthousiasme ook de belemmeringen in de samenwerking met de gemeente in onbedekte termen benoemde. Er was geen moment in de hele dag dat er meer energie stroomde door de zaal. En wellicht raakte Frank daarmee aan een kernpunt van deze nieuwe manier van werken: spreek elkaar direct aan in dezelfde taal, en noem man en paard. Natuurlijk gaat het niet allemaal in een keer goed. Maar het is al een hele opluchting om dat recht voor zijn raap  uitgesproken te horen.
Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan: want de dames en heren planologen en vergunningverleners komen van een andere wereld: van centraal gestuurde plannen op grote schaal op basis van grootse beleidsvisies en ontwikkelplannen. Zo is Nederland opgebouwd sinds de oorlog en de hongerwinter, zoals we leren uit het college van hoogleraar Eric Luiten.

In de werkwijze van Oosterwold moeten de beleidsmakers en toetsers op hun handen gaan zitten, en wachten totdat de initiatiefnemers komen met een plan. En dat plan biedt geen zekerheid voor hoe Oosterwold er over 10 of 20 jaar uit gaat zien. Het zijn immers bijna allemaal mini-plannen; postzegelbestemmingsplannen zoals ze dat noemen. Kan dat, een gebied ontwikkelen als een verzameling van mini-plannen? Kan je als overheid zover terugtreden, dat je niet weet hoe het landschap er over enkele tientallen jaren uitziet? Een pessimist (of realist) zal misschien zeggen, dat de overheid dat ook niet wist toen ze allemaal grootse plannen lanceerden, omdat die plannen toch altijd anders uitvallen dan bedacht. Niemand had bijvoorbeeld de crisis verwacht, en de impact die dat nog steeds heeft op de woningsector.
Het is ook niet zo dat de gemeente alleen maar afwacht. Er zijn regels opgesteld die het speelveld voor Oosterwold uitzetten. En daarvoor zijn afspraken gemaakt met veel betrokken partijen zoals het Waterschap, Provincie, het Rijk (eigenaar van veel gronden in Oosterwold). En het nieuwe Ontwikkelplan Oosterwold is gemaakt en wordt hopelijk in December bekrachtigd.

Dat brengt ons precies waar we nu staan: de eerste initiatiefnemers krijgen hun vergunning (met vertraging) beschikbaar en kunnen eind van dit jaar gaan beginnen. Dat betekent ook dat pas nu initiatiefnemers en betrokkenen van de gemeente en waterschappen aan den lijve ondervinden hoe die nieuwe samenwerking verloopt. Alle strubbelingen, misverstanden, wachttijden zijn nieuw omdat ze niet alleen voor de initiatiefnemer maar ook voor de gemeente een eerste praktijktoets bieden.
In die zin hou ik mijn hart vast voor het nieuwe ontwikkelplan, want dat nieuwe plan is ook nog niet getoetst op de praktische uitvoerbaarheid.
En eigenlijk ligt hier ook een zwakte van de conferentie van vandaag. Er was wel inbreng van initiatiefnemers, maar alleen in de zogenaamde ‘Laboratoria’ was er echte interactie. In de presentaties en commentaren van beleidsmakers werd geen ruimte genomen voor interactie met initiatiefnemers, die behalve de genodigden (omdat ze een onderdeel presenteerden of begeleiden) vrijwel niet aanwezig waren. En het is misschien mijn gekleurde bril als initiatiefnemer, maar ik mis scherpte en focus als al die beleidsvragen niet getoetst worden aan een concreet plan op een concrete kavel.

Daarom heb ik het ‘WaterLab’ positief ervaren. Er was een kring van ongeveer tien belangstellenden, waarmee we aandachtspunten rond water en waterbeheer bespraken. Voor mij als initiatiefnemer heeft water niet alleen betrekking heeft op waterzuivering en waterbeheer / afwatering, maar zoek ik ook een meerwaarde van water voor recreatie, landbouw en ecologie. En wij willen die meerwaarde realiseren in combinatie met wonen en werken. Daar ligt natuurlijk ook een motivatie om waterzuivering en waterbeheer op onze eigen kavel en binnen onze wijk met een VVE goed te regelen. Anders zit je immers in je eigen troep. Het is opvallend hoe concreet je beleid en oplossingen bij elkaar kunt brengen als je die betrekt op de concrete situatie van één kavel en één initiatief. Dan komt waterzuivering ter sprake in direct verband met technische oplossingen, en kan je risico’s vertalen naar concrete gevolgen.

Als ik de discussie in de groep probeer samen te vatten, dan kan dat het beste met de drie trefwoorden die ook aan het einde van de dag plenair zijn teruggegeven:

Doelvoorschriften: Het waterschap geeft in de vergunning doelvoorschriften: Dat klinkt technisch maar zegt in feite niet meer dan dat het doel is goed gezuiverd water te bereiken. En dat kunnen ze meten als ze het water onderzoeken. Dat laat aan de initiatiefnemer de ruimte om naar eigen keuze technische middelen in te zetten om die kwaliteit van zuivering te realiseren. Dat is overigens geen rocket-science. Er zijn beproefde methodes van een combinatie van een Septic-tank met Helofytenfilter, die voldoen aan die doelvoorschriften. Doelvoorschriften wil dus vooral zeggen: het achterwege laten van restrictieve middelvoorschriften: je moet het zo doen anders is het fout. Het legt onverminderd de plicht op om het goed te regelen, maar je kunt daarin zelf bepalen hoe.

Schaalniveau: De meeste initiatiefnemers regelen nu als pioniers de waterzuivering in hun eentje, evenals de waterberging op hun eigen kavel. Als Oosterwold een succes wordt en de initiatieven richting 1000 gaan lopen, dan wordt het de vraag of al die één-pitters voor waterzuivering gezamenlijk het gewenste resultaat opleveren. Wordt het dan wellicht zinvol om binnen een wijk als collectief een gezamenlijke waterzuivering te regelen? Dat vraagt zeker veel van de organisatiekracht van de initiatiefnemers, als de gemeente en het waterschap dat geheel aan de initiatiefnemers wil overlaten. Of moet daar in de toekomst toch ook op gestuurd worden? Tenminste in voorlichting over de mogelijkheden, en voordelen van collectieve inrichting.

Bijstellen in de tijd: Het ligt voor de hand dat het waterschap aan initiatiefnemers vraagt om maatregelen voor zuivering te nemen die passen binnen de mogelijkheden die zich nu aandienen. Dat heet met een deftige formulering: ‘de stand der techniek’. Maar als we erkennen dat we helemaal niet weten hoe Oosterwold er over 10 of 20 jaar uitziet, dan weten we ook niet wat het waterbeheer vraagt tegen die tijd. En daarnaast zullen er over 10 jaar nieuwe technieken beschikbaar komen voor zuivering of waterregulering. Dan ligt het voor de hand dat waterschappen zelf die nieuwe technieken gaan toepassen voor hun eigen zuivering, en van initiatiefnemers in Oosterwold ook mogen verwachten dat die zich inspannen voor een up-to-date werkwijze om hun water te zuiveren. Je moet dus niet alleen handhaven als waterschap, maar ook met initiatiefnemers actief blijven uitwisselen over mogelijkheden, verwachtingen en eisen aan een duurzaam waterbeheer. En dat geldt in het bijzonder als in de toekomst kavel overgaan naar een nieuwe eigenaar die zich niet meer zo als pionier verbonden voelt met het gedachtengoed van Oosterwold.

Misschien vond ik het leukste van deze conferentie nog wel om met Jikke Balkema van het Waterschap Zuiderzeeland de bijeenkomst voor te bereiden. Want in het WaterLab was de discussietijd toch te kort om dieper op vragen in te gaan, en door te dringen tot de kern van hoe je wilt organiseren, en hoe dat nu en in de toekomst misschien nog beter kan. Het pleit voor het Waterschap dat zij zich proberen terughoudend op te stellen ten aanzien van restrictieve regels, juist om de initiatieven een kans te geven zich te ontplooien en te bewijzen in de zin van een duurzaam waterbeleid.

De genoemde Eric Luiten beëindigde zijn 'college' met twee doembeelden over de toekomst van Oosterwold. De ene, dat Oosterwold vol komt te hangen met bordjes Verboden Toegang, en de andere dat er in het geheel geen collectieve voorzieningen komen. Met twee pregnante iconische plaatjes erbij. Ik deel die zorg niet. Deze doembeelden geven vooral blijk van een extern gezichtspunt, dat wellicht een klassiek voorbeeld levert van de ouderwetse overheid. Passend in de filosofie van Oosterwold is dat de collectieve voorzieningen niet alleen volgend zijn op de ontwikkelingen, maar dat initiatiefnemers zelf vanuit collectieve samenwerking de eerste stappen nemen voor deze voorzieningen. Dat zie je nu al aan plannen over gezamenlijke kinderopvang of school. Maar het is natuurlijk breder. Collectieve voorzieningen zijn altijd een uitwerking van zorgen voor je omgeving. En er is niets dat de toekomstige Oosterwolders liever willen dan: zelf zorgen voor je omgeving. Voor mensen, voor het landschap, voor water, voor ecodiversiteit. Om gebiedsregisseur Esther Geuting te citeren: het zit in het DNA van deze mensen, en dat brengen we naar Oosterwold.

Aan het einde van de dag werd Ivonne de Nood voorgesteld als nieuwe gebiedsregisseur, die meer tijd heeft dan Esther om alle initiatieven te begeleiden. Het zou prachtig zijn als nieuwe initiatiefnemers hiermee sneller de stap kunnen zetten van droom naar een concreet plan voor een kavel, en een soepele overgang naar de vergunningsaanvraag binnen bereik komt.

 

Soms worden wij een beetje moedeloos. Een procedure die ons is voorgesteld als dat ie 6 maanden zou duren, gaat in de praktijk 10 maanden duren zoals het er nu uitziet. Ons voorhoofd is inmiddels één grote blauwe plek.

Heel lief sturen vrienden dan foto''s ter inspiratie.

 

AMFITHEATER

 

 

SPELEN (lekker wild, veel aanleidingen, weinig bedacht)

  

Je kunt water met een brug oversteken, maar ook...

  

En Paradijsvogels hebben de Aronskelken die vorige week nog bij ons lagen over Oosterwold uitgevlogen!

Fijne vrienden die je van inspiratie voorzien! Dank Guido! (www.belevenisonderwijs.nl)

Hoewel dat nog niet geldt voor de vergunningen, is het in de natuur nu oogsttijd. Omdat we dus nog niet bij het Paradijsvogelbosje in de klei kunnen staan, oogsten we vanuit Hoofddorp wat we tegenkomen. Vanochtend dus een omloopje gemaakt door verwilderde bosschages (ja ik wist ook niet dat je dat woord zo hoort te schrijven). Met zo’n rijke oogst aan bessen ga je begrijpen hoe een boer zich moet voelen als hij zijn oogst heeft binnengehaald.


Een bonus was wel dat in een stukje bos, ingeklemd tussen een sloot en een industrieterrein enorme hoeveelheden aronskelk hun zaad-stelen met feloranje bessen. Die zitten op een soort knots die eerst fier uit de grond steekt, maar bij rijping als het ware kamikaze pleegt, en slap omknakt. We hebben uiteraard lang niet alles meegenomen, maar zo’n verzameling oogt toch al overweldigend!
Twee straten van ons huis vandaan heeft de gemeente de slootkant gemaaid, en daarmee een paar honderd lisdoddes omver gehaald. Deze rietsigaren willen wij ook graag in Oosterwold, dus deze hoeven we niet eens te plukken. 

En verder: meidoornbessen, vooral hele dikke ( je weet nooit of uit de zaadjes ook weer dezelfde planten komen, maar toch).
En heel veel ligusterbessen. Traditioneel bekend als oer-Hollandse haagbeplanting. Maar als je de liguster niet iedere week met de heggenschaar bewerkt, komen er prachtige pluimen, die fantastisch ruikende bloemtrossen geven, en in het najaar trossen met zwarte bessen, waar de vogels dankbaar op foerageren. 
Bessen van Sporkehout, ook wat bessen van Kornoelje, hoewel ik niet zo van kornoelje houd, maar als bessenstruik is hij voor vogels welkom.
Vanmiddag hebben we nog door de Kennemerduinen gelopen. In de bossen vind je vooral eikels, die we voor de lol geplukt hebben, en die in ieder geval de grond in mogen, en dan zien we wel wat er van komt.
Ook hebben we veel verschillende soorten rozebottels geplukt, Mooie kleine trosrozen aan de rand van de Heimanshof. Langs de wandelpaden kleine rozebottels (egelantier?) en een paar botanische rozen met dikke zaden. En in de duinen zie je duinrozen met zwarte rozebottels.
In de duinen, vooral in het zand langs de meertjes groeien heel veel Teunisbloemen.

En verder: Chichorei, Gele lis, Koninginnekruid, hazelnoten, duindoorns, kardinaalsmutsen, sleedoorn, doornappel.

Van Esther hebben wij begrepen dat er vijf nieuwe buren rondom het Paradijsvogelbosje willen komen wonen. Zij heeft met hen gesproken. Initiatiefnemers 122, 128, 141, 150 en 156 laten hun kavels door Esther rondom ons uittekenen. (Wij houden niet van nummers, maar niet iedereen wil al "openbaar" bekend zijn en dat respecteren we graag. Daarom de nummers)

We proberen een burendag te organiseren, maar da's nog niet eenvoudig. Initiatiefnemers zijn drukke mensen! We vinden het vooral heel leuk!

 

Naast de watervergunning valt donderdag ook een brief van de gemeente in de bus. Er is van alles niet in orde met onze ecologische rapportage, volgens hen. Spellingsfouten, meldingen van korstmossen die niet terzake doen, verwijzing naar een andere flora en fauna lijst dan door de ecoloog opgesteld...... Bijzonder om eind september een dergelijk commentaar te krijgen op een stuk dat je in maart hebt laten opstellen en begin april hebt ingediend. Jammer dat de gemeente het zo groot maakt. Onderwijl wordt de behandeltermijn opgeschort.....

Want de ecoloog concludeert: in spellingsfouten mag je niet wonen!

Maandag hebben we een gesprek met vergunningen. We zullen zien hoe oplosbaar dit is.

Jahoe! Donderdag is de watervergunning binnengekomen. Een dag eerder dan door de ambtenaar beloofd.

Feitelijk zijn het twee vergunningen:

1. een vergunning voor het aanleggen van waterstaatswerken (een plas water en een sloot)

2. een vergunning voor lozing van afvalwater

 

In de vergunning voor het aanleggen van waterstaatswerken staan een aantal voorschriften:

1. je moet melden dat de werkzaamheden gaan starten en wanneer je ermee klaar bent.

2. als je aan het werk bent moet de vergunning aanwezig zijn.

3. een aantal voorwaarden ten aanzien van onderhoudswerkzaamheden

4. afvoer en transport van oppervlaktewater moet ten alle tijden zijn geborgd

5. als je verharding aanbrengt moet je hiervoor voldoende waterbergingscapaciteit aanleggen. (de tabel komt neer op voor elke honderd vierkante meter verharding ongeveer 12 m3 bergingscapaciteit) in Wateren in Oosterwold hebben we laten zien hieraan ruimschoots te voldoen.

6. ook na aanleg moet het gebied ecologisch gezond blijven.

7. drie maanden na aanleg moet de tekening van de feitelijk aangelegde watergangen, wateren, en lozingspunten bij het waterschap worden ingediend.

 

 

In de vergunning voor lozing van afvalwater staan ook een aantal voorschriften:

1. De water kwaliteit moet aan bepaalde voorwaarden voldoen

2. Er moet een controle putje zijn om die waterkwaliteit te kunnen controleren.

3. Als iemand anders de vergunning gaat uitoefenen (rechtsopvolger), moet hij/zij zich binnen 14 dagen melden bij het waterschap. Bij verkoop: melden dus, denk ik.

En oja, de watervergunning kost €150.

 

 

 

 

 

 

Subcategorieën

primi sui motori con e-max.it